Tijdens de wonderlijke onderneming die Pieces of Tomorrow heet, aten we afgelopen donderdag Tsjaikovski uit de hand van dirigent Lahav Shani. Wat mij opviel tijdens het verder kijken dan de lengte van de eigen notenkrakerneus, was het einde van zijn melancholische oeuvre. De zesde en laatste symfonie eindigt extreem somber, bijna nihilistisch. De symfonie sterft letterlijk uit. Na de generale repetitie zou de groothertog Konstantin Konstantinovitsj huilend naar de dirigentenkamer gerend zijn om te roepen: ‘Wat heb je gedaan? Dit is een requiem!’. Nog geen twee weken later stierf Tsjaikovski na al dan niet bewust besmet water uit de Wolga gedronken te hebben.
(Konstatin Konstatinovitsj)
Dit in je composities aankondigen en als het ware orkestreren van de eigen dood is ook iets wat in de popmuziek veelvuldig voorkomt. Een van de meest opmerkelijke voorbeelden blijft de eerste plaat van Nick Drake. De titel van dit prachtdebuut is Five Leaves Left en precies vijf jaar na verschijnen van dat debuut wordt Nick Drake dood in zijn kinderkamer (die ook te zien is op de albumhoes) gevonden. Behalve Nick Drake schieten artiesten als Kurt Cobain of Johnny Cash meteen te binnen. En ook dit jaar nog bleken de laatste albums van David Bowie en Leonard Cohen volledig geënsceneerde preludes van hun eigen dood.
Macaber. Absoluut. Maar sta er iets langer bij stil en het wordt ronduit hoopgevend. Hoopgevend dat in de kunst ook uit de grootste angst, in het meest zwarte gat, op de definitieve bodem gewoon de mooiste melodieën, symfonieën en liedjes bloeien. Hoezo religie? Geef mij maar Five Leaves Left van Nick Drake, Black Star van David Bowie of ja, de symfonieën van Tsjaikovski.
Donderdag behandelden we dus de vijfde symfonie. Daar begint hij als zijn vertrouwde, sombere zelf. Toch buigt het al gauw om naar plezier. Naar blijdschap. Naar euforie. Het voelt op een gegeven moment zelfs als een overwinningsmars (waarvoor de symfonie in Rusland tijdens de Tweede Wereldoorlog veelvuldig gebruikt is). Maar ergens lijkt de euforie ook wel weer door te slaan naar hysterie, naar manie. Alsof Tsjaikovski wou zeggen: nou zal ik jullie krijgen ook met jullie vrolijkheid!
De muziek, uitgevoerd door het machtige Radio Filharmonisch Orkest, bleek een totaal overweldigende ervaring. Pieces Of Tomorrow is klassiek voor een nieuw publiek. In een losse setting. Ook voor mij als host is het een parallel universum dat zich openbaart. Elke keer als ik mijn DVD Box van The Wire uitleen aan iemand die de serie nooit gezien heeft, ben ik stikjaloers. Wat een luxe om dat allemaal nog voor de eerste keer mee te kunnen maken. Gelukkig ervaar ik zelf dat voorrecht (en vele Pieces bezoekers met mij) bij het inlezen in de klassieke muziek.
Mooi was het om te leren dat Tsjaikovski op zijn vijfde al fanatiek de piano speelde. Hij raakte zo geobsedeerd door de thema’s in het lesmateriaal dat hij ze niet meer uit zijn hoofd kreeg. Een hardnekkige neurose waar hij zijn hele leven tegen zou vechten en die ervoor zou zorgen dat hij een sterke voorkeur ontwikkelde voor melodieën. Maar in het strakke (Duitse) format van een symfonie is weinig ruimte voor melodie. Het is veelzeggend dat de morsecode voor de letter V (ook het Romeinse teken voor het getal vijf) is opgedragen aan de vijfde symfonie van Beethoven:
Twee verschillende noten plus wat variaties. Tsjaikovski wou dat anders doen. En de vijfde Symfonie van hem is een prachtig voorbeeld hiervan. Zijn grillige karakter, gevangen in melodie, binnen het kader van de symfonie. Nog nooit zag ik zoveel mensen met de ogen dicht bij een concert. Woorden van Nick Drake schoten door mijn hoofd:
Time has told me
You’re a rare, rare find
A troubled cure
For a troubled mind
Laat een reactie achter